Matkop

Hoe herken je een matkop

De matkop is een ongeveer 12cm grote mees, ongeveer van het formaat van een pimpelmees. Hij lijkt bijzonder veel op de glanskop. Men noemt matkop en glanskop daarom wel tweelingsoorten. Het verenkleed is aan de onderzijde vuilwit / lichtbruin en aan de bovenzijde en op de kop iets donkerder. Alleen een lichte baan op de armpennen onderscheidt de matkop van de glanskop.

Levenswijze 

Voedsel

In het voorjaar en vroege zomer bestaat het voedsel vooral uit insecten, insectenlarven, spinnen en andere kleine diertjes. Vanaf de late nazomer staan er ook zaden op het menu.

Voortplanting

Matkoppen broeden in vochtige bossen. Het zijn holenbroeders, ze nestelen in verrot en zacht hout waarin ze zelf een hol uithakken. Het nest bevindt zich in vermolmde boomstammen of nestkastjes. Het legsel bestaat uit zes tot negen witte eieren met bruine vlekjes, die in 13 dagen worden uitgebroed door het vrouwtje. Het mannetje helpt wel mee om de jongen te verzorgen. Er wordt slechts eenmaal per jaar gebroed. Gebruikt soms door spechten begonnen nestgaten en bouwt die zelf uit, als het hout maar heel zacht of rottend is.

Zang / geluid

Zang is een drie- tot zeventonige roep.

Habitat

Leeft in moerasgebieden met veel wilgenhout of ander zacht hout.

Voorkomen in Nederland

Een in ons land vrij talrijke broedvogel, die het hele jaar aanwezig is. Wintergast in vrij grote aantallen